maandag 13 december 2010

De specerijen-eilanden

De Molukken waren ooit de start van de lucratieve handel van de Verenigde Oostindische Companie met Indonesië, meer bepaald de handel in nootmuskaat was een voltreffer. Na een nachtvlucht zonder gedoofde lichten en met een maaltijdbediening om 3u in de ochtend landden we om 8u lokale tijd in Ternate. "We" zijn in dit geval: Pius en Kartini van Walhi, mijzelf en Fabby van IESR en we komen hier het mijngebied van PT Weda Bay bezoeken. In februari trokken Walhi en Jatam aan de alarmbel nadat ze een uitnodiging kregen van de Wereldbank voor een dialoog/consultatie in verband met de mogelijke steun van de WB aan een nikkelmijnproject in Halmahera, Noord-Molukken. Beiden gingen toen niet op de uitnodiging in, omwille van het wantrouwen dat deze 'dialoog' zou beschouwd worden als de kers op de taart van het consultatieproces van de bank. Omwille van haar interne procedures moet de civiele maatschappij gehoord worden bij mijnbouwprojecten.

Ondanks het protest van Walhi en Jatam en de bedenkingen van een mijnexpert van BIC kreeg het bedrijf een verzekering tegen politieke risico's van MIGA (onderdeel van de Wereldbank). Daarop raadde BIC de lokale groepen aan om een klacht in te dienen bij de ombudsdienst van MIGA op basis van de onderschatte milieu-impact van de mijnbouw, het selectief consulteren van de lokale gemeenschappen, de rijkdom aan bio-diversiteit die dreigt verloren te gaan en het verlies van inkomen van vissersgemeenschappen door de vervuiling van de rivieren.

Ondertussen heeft de Wereldbank een onderzoeksteam gestuurd, maar ook PT Weda Bay Nickel (met o.a. het Franse Eramet als hoofdaandeelhouder) zit niet stil. Het bedrijf pakt uit met diverse ronkende brochures over het sociale luik van haar project: het betalen van studiebeurzen, een stedenband tussen Weda en Le Havre en een reeks positieve artikels in de Malut Post. Zo verscheen er op 3 december een brief van één lokale groep die de tegenstanders van de mijnbouw opriep om hun verzet te laten varen. Eén dag later was er een artikel van Walhi met alle tegenargumenten op een rijtje, maar sinsdien is elk kritisch artikel geweerd. Vorige week had Walhi een gesprek met de hoofdredacteur van Malut Post en die liet onomwonden verstaan dat er 'voortaan betaald dient te worden om in de pers te komen rond mijnbouw' en liet daarbij een prijs vallen van 7000 dollar. Blijkbaar is dat de prijs die het mijnbedrijf investeerde voor haar 'steun aan de lokale media'. Enkele dagen voor het team van de Wereldbank aankwam kregen diverse mensen en groepen een niet mis te verstane boodschap: "wie zich negatief uitlaat tijdens de consultatie zou hiervan de gevolgen dragen". Dit is een niet mis te verstane inbreuk van het discrete karakter van het onderzoek.

Na de meeting met Walhi trekken we naar Weda, de hoofdplaats van het district Centraal Halmahera. Na de overzet van Ternate naar Halmahera zien we in Sofifi een advertentie voor de unieke vogelsoorten van het eiland, met steun van de Wereldbank nota bene. Het is diezelfde WB die Weda Bay Nickel financiert en dus steunt in haar mijnoperaties in beschermd natuurgebied. We rijden hoofdzakelijk langs de kust, waarlangs de meeste dorpen zich bevinden, we zien dan ook duizenden kokospalmen, bananenbomen en wat koffieplanten, cacao en sagopalm. Hier geen rijst, wat toch wel heel uitzonderlijk is voor Indonesië. Landinwaarts zien we regenwoud, kilometers lang en net voor Weda, een lagune.

Weda werd in 2008 de hoofdplaats van het district en dat is te merken, nieuwe wooncomplexen duiken op, wegen worden aangelegd, de ene winkel na de andere duikt op. Vele hotelletjes zijn volzet wegens een examen voor overheidspersoneel. Industrie is hier zo goed als onbestaand, dus een job bij de overheid is bijzonder gegeerd. De laatste tijd zijn er ook veel landgenoten uit andere eilanden, vooral Sulawesi hier hun geluk komen beproeven. Indonesië heeft al decennialang een zgn. transmigratiebeleid om arme bevolkingsgroepen in eigen land te laten migreren. Dit droeg in 1999 en begin de 21ste eeuw bij tot de religieuze conflicten op de Molukken tussen christenen en moslims. Hiervan zijn de gevolgen nog steeds merkbaar, ngo's moeten hier bijzonder oppassen want niks mag de lokale agenda van vredesopbouw in de weg staan. Mijnbouwactivisten worden al snel als anti-ontwikkeling bestempeld, maar als ik op vrijdagavond het nieuws zag, kreeg ik het ene rampnieuws na het andere voorgeschoteld: in maar liefst 5 provincies waren er enorme overstromingen, tot 2 meter hoog. Als de huidige roadmap voor ontwikkeling meer ecologische rampen betekent, moeten we dan niet het tij keren en eens ernstig nadenken welke soort ontwikkeling we (mens en natuur) aankunnen?

Weda, 10 december, 2010

zondag 12 december 2010

"Een grote stap voor de mens, maar een kleine stap voor het klimaat"


Espinzo stelt haar tekst voor om 6 uur. Het zal nog bijna 12 uur
duren voor die officieel aanvaard wordt.
Zo vatte één van de Belgische onderhandelaars de uitkomst van de top samen, nadat voorzitster Patricia Espinoza de klimaattop te Cancùn rond vijf uur 's ochtends plaatselijke tijd op zaterdag 11 december officieel had afgesloten. We gaan naar huis met een compromistekst die de wereld niet in één 'big bang' zal redden van de klimaatchaos maar die het UNFCCC-onderhandelinsproces wel redde van een fatale legitimiteitscrisis door voorzichtige maar concrete vooruitgang te boeken op een aantal sleuteldomeinen in de strijd tegen de klimaatverandering.


De twee uitputtende weken te Cancùn – hoedje af voor de uithouding en toewijding van de Belgische onderhandelaars – leverden onder meer een nieuw Groen Klimaatfonds onder de voogdij van de COP en met een gelijke vertegenwoordiging van ontwikkelingslanden en industrielanden in de beheersraad op. Het akkoord nam ook de gemaakte reductiebeloftes in het Verdrag van Kopenhagen over en erkent dat deze onvoldoende zijn om de 2°C doelstelling te halen en dus opgedreven moeten worden. Ook op vlak van adaptatie, technologieoverdracht en capaciteitsopbouw werd concrete vooruitgang geboekt.


Een kleine herinnering dat de civiele maatschappij een
belangrijke rol te spelen heeft,ook in het dichten van de
kloof tussen absoluut noodzakelijk en politiek haalbaar.
Een belangrijke lacune is dat het akkoord geen duidelijk engagement bevat om tegen de volgende klimaattop te Durban (Zuid-Afrika) werk te maken van innovatieve financieringsbronnen en bindende reductiedoelstellingen in lijn met wat volgens de wetenschappers nodig is. Ook slaagde de Annex 1 landen er (nog) niet in om zich tot een 2e verbintenisperiode voor het Kyotoprotocol te verbinden. Vergeleken met wat als politiek haalbaar werd gezien, lost dit akkoord een groot deel van de verwachtingen in. Vergeleken met wat nodig is om klimaatchaos te voorkomen, is het dik onvoldoende. Frustrerend dat die twee zo ver uit elkaar blijven liggen.

zaterdag 11 december 2010

18:00 Staande ovatie voor Espinoza

Neen, er is nog geen akkoord. Neen, we hebben nog geen tijd gehad om de teksten die nu op tafel liggen grondig te bekijken. En neen, we weten nog altijd niet af deze klimaattop een 'happy end' krijgt of niet. Toch kreeg mevrouw Espinoza daarnet een 3-minuten lange staande ovatie nadat ze de nieuwe tekst aan de plenaire vergadering had voorgelegd. Het was de plenaire vergadering waar we al sinds 8u30 vanochtend op zaten te wachten. En Espinoza kwam in feite alleen aankondigen dat ze deze nog twee uur zou uitstellen om iedereen de tijd te geven de nieuwe tekst te bekijken. Maar het is met dit soort kleine stapjes dat we vannacht misschien tot een eindresultaat kunnen komen. Het applaus was de uitdrukking van de wil om door te zetten. En iedereen kon het opstekertje gebruiken.

Sarah Vaes (VODO)

vrijdag 10 december 2010

Het eindspel is begonnen

Tijdens de algemene vergadering gisterennacht herinnerde Patricia Espinoza, de voorzitster van de klimaattop, de partijen eraan dat de deadline van zes uur vrijdagavond (vrijdagnacht in België) blijft gelden. Dat wil zeggen dat de partijen minder dan acht uur de tijd om verschillende impasses te deblokkeren en tot een akkoord te komen.

Het eindspel is begonnen. Vier grote verhaallijnen – financiering, mitigatie, adaptatie en bosbehoud - moeten nu samenkomen om te komen tot het 'evenwichtig pakket' waar Cancùn zijn zinnen op heeft gezet. Hoewel de onderhandelaars zonder twijfel vooruitgang boekten tijdens de afgelopen twee weken, kan het nog alle kanten uit nu de onderhandelingen zich vooral op het politieke niveau afspelen.

Zal men de juiste beslissingen nemen voor het bestuur, het beheer en de bevoorrading van het Klimaatfonds waar we hopen? Zal men erin slagen de bestaande instrumenten voor het afdwingen van uitstootvermindering door ontwikkelingslanden, zoals het Kyotoprotocol en de gemaakte reductiebeloften in het kader van het Kopenhagenakkoord, te behouden en te versterken? Zal men kunnen verzekeren dat adaptatie aan de klimaatverandering de aandacht en de middelen krijgt die het verdient? En zal men eindelijk, na een jarenlange zoektocht, een mechanisme voor bosbehoud op poten zetten dat ook de biodiversiteit en de rechten van de lokale bevolking beschermt? Als men daarin lukt, kan Cancùn een doorstart zijn in het moeilijke proces om tot een mondiaal klimaatakkoord te komen.

De komende uren zullen doorslaggevend zijn. Zonet werd de plenaire vergadering waar we al sinds 8u30 op zitten te wachten, voor de derde keer uitgesteld. Een teken dat voorzitster Espinoza nog druk bezig is met eensgezindheid te smeden. Een goed teken of een slecht teken? Alleszins een teken dat we de boeken niet om zes uur vanavond zullen kunnen sluiten om met z'n alle op de hagelwitte stranden te gaan zitten. Iedereen zegt dat die er zijn, maar niemand heeft tot dusver de tijd gehad om dat te verifiëren. Espinoza's waarschuwing over een strakke deadline ten spijt, maakt iedereen zich op voor een lange dag en nacht.

Sarah Vaes (VODO)

Partners in Cancùn

De klimaattop is - naast het ideale moment om de wereld van een klimaatramp te redden - ook een belangrijke ontmoetingsplaats tussen Noord en Zuid. Tussen de onderhandelingen door kruiste mijn pad met dat van verschillende partners van 11.11.11. Dat geeft niet alleen aanleiding tot sappige discussies over de klimaatproblematiek, juiste en valse oplossingen, en het verloop (en het nut) van de onderhandelingen. Het is ook een moment voor uitwisseling van informatie over de onderhandelingsposities van de respectievelijke thuislanden.

Met Eduardo Giesen, die hier de milieuorganisaties OCLA en GAIA vertegenwoordigt, kon ik van gedachten wisselen over de evolutie van de CDM-sector in Latijns-Amerika. Het is duidelijk dat heel wat ondernemers in Latijns-Amerika fan zijn van het Clean Development Mechanisme (CDM). Dit laat hen toe met hun bedrijf of project uitstootreducties te realiseren en deze te verkopen aan industrielanden met bindende reductiedoelstellingen die meer uitstootrechten willen hebben. In de realiteit draagt een groot deel van deze projecten niet bij tot de vermindering van de broeikasgasuitstoot of tot duurzame ontwikkeling. Het is duidelijk dat de civiele maatschappij hier een belangrijk rol als waakhond te vervullen heeft.

Een andere interessante ontmoeting had ik met Alphonse Longbango van de Congolese organisatie Réseau Ressources Naturelles (RRN). Die moest niet onder doen voor mijn 'pink badge', de gegeerde accreditatiekaart die aangeeft dat je opgenomen bent in een officiële delegatie en daardoor veel meer toegang tot de onderhandelingen verschaft. In tegendeel. Sinds dit jaar werd de Congolese delegatie georganiseerd in verschillende thematische werkgroepen, waarin onderhandelaars en vertegenwoordigers van de civiele maatschappij samen de Congolese positie in de onderhandelingen bepalen. Delegaties van ontwikkelingslanden zijn, wegens een tekort aan middelen en capaciteit, vaak onderbemand. De Democratische Republiek Congo heeft van die nood blijkbaar een deugd gemaakt door de delegatie te versterken met vertegenwoordigers van de civiele maatschappij.

Sarah Vaes (VODO)

donderdag 9 december 2010

Strategische spelletjes blokkeren vooruitgang in onderhandelingen

De positieve en constructieve spirit van de eerste week van de onderhandelingen heeft plaatsgemaakt voor strategische spelletjes nu de onderhandelingen de eindfase naderen. De echte onderhandelingen zijn nu eigenlijk begonnen en de onderhandelaars vergaderden tot diep in de nacht. Er ging vooral veel aandacht naar de strategische opstelling van de spelers, en minder naar het zoeken van echte oplossingen. Zoals verwacht zijn de discussies rond emissiereducties en de toekomst van een tweede verbintenisperiode voor het Kyotoprotocol cruciale knelpunten, die andere dossiers overschaduwen.

Er is nu een voorstel van de facilitators - VK, Brazilië , Indonesië en Nieuw-Zeeland-, die de beloftes uit Kopenhagen opgenomen willen zien in een document waarvan het akkoord dan akte zou nemen. Dat is veel te zwak voor de ontwikkelingslanden en NGO's. Venezuela stelde zelfs dat het een stap terug betekent in vergelijking met Kopenhagen. De beloftes moeten nu nl. in een bindend akkoord vastgelegd worden, er gewoon akte van nemen is echt wel de zwakst mogelijke invulling.

Over een hele reeks andere zaken heeft de VS zijn uiterste best gedaan om elke vooruitgang te blokkeren. Als hun eisen rond monitoring, rapportage en verificatie niet zijn ingelost, laten ze het onderhandelingsproces niet verder gaan. Dat wil zeggen dat er heel wat zaken geblokkeerd zitten: de oprichting van een adaptatiecomité, een akkoord over technologie-transfer, en last but not least de oprichting van een globaal klimaatfonds.

Vorige nacht hebben ontwikkelingslanden erop gehamerd dat ze eerst een akkoord willen over de oprichting van het fonds, voor ze verder discussieerden over de modaliteiten. De VS van haar kant wilde hier niet op toegeven als hun eisen niet ingewilligd werden. Deze blokkeringtactieken zijn zeer zwaar voor de ontwikkelingslanden die meestal met kleinere delegaties aanwezig zijn en daardoor de werkdruk van de nachtelijke vergaderingen niet kunnen spreiden.

Het klimaatfonds blijft essentieel voor een rechtvaardig akkoord. De VS mag de toekomst van kwetsbare bevolking in ontwikkelingslanden niet op het spel zetten.

Saar Van Hauwermeiren (Oxfam)

Neen aan de privatisering van natuurlijke hulpbronnen!


Met een grote maïskolf roepen de boeren
'to sow the seed' te Cancùn om te voorkomen
dat klimaatverandering hun broodwinning in
gevaar brengt. 80% van de bevolking in het
Zuiden is afhankelijk van de landbouw.
Met de start van het ministerieel deel van de top, steekt ook de civiele maatschappij een tandje bij. Zowel op de site waar de onderhandelingen plaatsvinden als daarbuiten vinden acties en manifestaties plaats om de onderhandelaars en politici aan te sporen snel met de juiste oplossingen te komen.


Een coalitie van Mexicaanse en buitelandse NGO's
komt op voor klimaatrechtvaardigheid.
De Latijns-Amerikaanse boerenbeweging, verenigd in Via Campesina, heeft het vertrouwen in het onderhandelingsproces verloren. Dat verloopt volgens hen niet democratisch en focust op valse oplossingen. Ze organiseerde dinsdag daarom een wereldactiedag voor klimaatrechtvaardigheid. Ook in Cancùn vond een manifestatie plaats, in protest tegen de vermarkting en privatisering van natuurlijke hulpbronnen als water, land en bos waar verschillende voorstellen binnen de klimaatonderhandelingen op neer komen.

Ondertussen was het in het Moon Palace, waar de onderhandelingen plaats vinden, opvallend rustig. Toch proberen NGO's ook hier de stem van de civiele maatschappij tot bij de onderhandelaars te brengen met acties ter plekke. Zo stond Oxfam vandaag aan de inkom met grote 'message in a bottle'. Honderden mensen staken hun boodschap aan de onderhandelaars in de fles via twitter. De fles met spoelde enkele dagen geleden al aan op het strand van Cancùn. Hopelijk hebben de onderhandelaars de boodschap begrepen.




Boodschappen voor de onderhandelaars
De civiele maatschappij laat van zich horen, maar het valt niet te ontkennen dat de mobilisatie in het niets valt tegen de honderdduizenden die vorig jaar door de straten van Kopenhagen trokken. Zoals de vertegenwoordiger van een coalitie van Bangladese NGO's het stelt, voorlopig is het nog even wachten op wereldwijde mobilisatie. Al heeft hij daar wel zijn hoop op gevestigd.


Sarah Vaes (VODO) & Saar Van Hauwermeiren (Oxfam)

woensdag 8 december 2010

Ministerieel deel van de top van start

Het ministerieel deel van de klimaattop is van start gegaan. Na een eerste week van onderhandelingen, waarin de onderhandelaars zich buigen over het uitwerken en uitklaren van de omvangrijke en technische onderhandelingsteksten, is het nu de beurt aan de ministers. Zij moeten de resterende opties tegenover elkaar afwegen en de politieke knopen doorhakken. Een eerste lading ministers sprak de COP/CMP[1] al toe en legde daarbij meteen een belangrijke breuklijn bloot.

Voor de ontwikkelingslanden is een tweede verbintenisperiode voor het Kyotoprotocol een must. Voor de Annex 1 landen, die dan nieuwe bindende reductieverplichtingen moet aangaan, is dat alleen aanvaardbaar als ook andere grote uitstoters, zoals de VS en China, hun verantwoordelijkheid nemen. Ook Vlaams Minister van Milieu, Joke Schauvliege, bevestigde in haar toespraak dat de EU openstaat voor een tweede verbintenisperiode als dit in het kader is van een mondiaal akkoord waarin alle grote uitstoters betrokken zijn en als de milieu-integriteit van het protocol gegarandeerd kan worden.

Met die tweede voorwaarde verwees de minister naar een aantal 'achterpoortjes' die de impact van een tweede Kyotoprotocol sterk kunnen ondermijnen als ze niet gesloten worden. Zo moet er eerst een oplossing gevonden worden voor de ongebruikte emissierechten - het overschot aan hete lucht - vooral in de Centraal- en Oost-Europese landen en Rusland. Als dit overschot zomaar overgedragen kan worden naar de tweede verbintenisperiode, doet dit sterk af aan de reductiedoelstellingen. Wij zijn natuurlijk heel tevreden dat minister Schauvliege en de EU de milieu-integriteit van een hernieuwd Kyotoprotocol willen garanderen. Maar we begrijpen niet waarom de EU ondertussen in de onderhandelingen over het overschot aan hete lucht geen progressieve rol speelt.

Dat de EU langs de ene kant voorwaarden stelt maar langs de andere kant mogelijkheden om die voorwaarden te vervullen laat liggen, is niet zuiver op de graat. Het leverde de EU dan ook de tweede plaats als "fossil of the day" op. Die prijs reikt het Climate Action Network uit aan landen die het slecht doen in de onderhandelingen. Een zeer twijfelachtige eer.

Sarah Vaes (VODO)


[1] COP = Conferentie van de Partijen aan het VN-Klimaatverdrag
CMP = Conferentie van de Partijen aan het Kyotoprotocol

dinsdag 7 december 2010

Actie nu!

Na de klimaatmanifestatie in Brussel vorige week, waren er dit weekend terug over de ganse wereld klimaatacties, o.a in hier in de Filipijnen. Zo organiseerde LRC samen met haar partners op zondag 4 december een Fly a Kite Against Climate Change (Laat een vlieger op tegen klimaatverandering) in zowel General Santos als Manilla.

In Maasin, nabij General Santos, woon ik eerst de zondagsdienst bij van 8u. Niet dat ik me plotseling bekeerd heb in dit 'meest katholieke land ter wereld', maar uit sympathie voor de lokale priesters die hier het verzet tegen de mijnbouw en de bouw van een steenkoolcentrale stevig ondersteunen. Op het einde van de dienst roept father John op om deel te nemen aan de vliegeractie aan de basisschool.

Het is de zoveelste lokale actie op rij, 2 weken terug meerde de Rainbow Warrior van Greenpeace aan en namen 2000 mensen deel aan de protestactie. Vandaag zijn er honderd mensen komen opdagen, maar het enthousiasme en vastberadenheid is groot. Het is even wachten op wat wind om de vliegers op te laten, maar daarna sieren enkele de hemel met een duidelijke boodschap: No To Coal – No to Deadly Energy – Climate Justice Now. Eén van de aanwezigen is Ellen uit Lake Sebu. Zij was 6 uur onderweg maar legt gedreven uit waarom: "San Miguel Corporation wil onze grond opkopen om er steenkool te delven. Ze bieden 50.000 Pesos (bijna 1000 euro) per hectare, dit lijkt een behoorlijke prijs, maar ik verdien een veelvoud ervan per jaar, ik zou gek moeten zijn mijn stuk grond te verkopen. Temeer, ik er lang heb moeten voor strijden om het via de landhervormingswet te kunnen bekomen."

We krijgen een vervolg van de actie op maandag in Davao. Het pas opgerichtte netwerk "Dabawenyos Ayaw sa Coal" (Davaoans tegen steenkool) organiseert een open forum in het college, en kan op een goede belangstelling rekenen van de studenten. Eén van de sprekers is Jenny Ramos, advocate en vrijwilligster bij LRC. Zij komt uitleggen waarom steenkool als energiebron geen goede optie is. Voor mij is dit geen nieuws, maar de studenten luisteren aandachtig en dat stemt hoopvol.

Vandaag, dinsdag, was er nog meer actie. Ik ben ondertussen terug in Manilla en we vertrekken 's morgens vroeg richting Mexico Plaza. Hier organiseert PMCJ (Philippine Movement for Climate Justice) een korte optocht nabij het historische (Spaanse) stadsgedeelte Intramuros en daarna een 'Fluvial Parade' (Botenparade). PMCJ is bezig aan een ware marathon, 12 dagen naeen wordt er één of ander actie georganiseerd door één of meerdere van de leden. Vandaag zijn de kleine vissers aan de beurt, zij zijn met een 10-tal bootjes naar hier komen varen, en er is ook een grote ferry afgehuurd die ons naar Gualdalope moet brengen. De politie heeft hiervoor haar toestemming gegeven, maar nu blijkt dat de veiligheidsdienst van de president bezwaren maakt. De tocht op de Pasig-rivier zou ons langs het koninklijke paleis brengen, en dat blijkt nu niet meer mogelijk. Na een uur onderhandelen vertrekken we dan toch, maar voor een korte rit, langs Malacanang varen is uitgesloten. Tijdens de tocht zien we o.a. de ruïnes van enkele koloniale gebouwen, containerschepen, schepen die op het water liggen te verroesten, een heuse krottenwijk, waterhyacinth, magazijnen, maar vooral veel ambiance op mijn vissersboot die de parade aanvoert.

Morgen voert FDC actie aan het kantoor van de WB met de boodschap: Wereldbank, laat de klimaatfondsen beheren door de UNFCCC, en bemoei je er niet mee! Ook 11.11.11 onderschrijft deze slogan en verdedigt deze optie mee in Cancun.

Manilla, 7 december 2010

maandag 6 december 2010

Steenkool of hernieuwbare energie

Mindanao werd begin 2010 getroffen door de ergste stroomonderbrekingen sedert de jaren ’80. Het eiland is grotendeels afhankelijk van dammen, maar de droogte reduceerde het debiet van de rivieren. Dit was een wake up call voor de energiebedrijven om met nieuwe plannen uit te pakken.

Nabij General Santos zijn grote concessiegebieden voor steenkool in kaart gebracht en is een nieuwe steenkoolcentrale gepland in Maasin. Business as usual, oude en vervuilende remedies voor hedendaagse uitdagingen. Maasin bezoeken we morgen, dus concentreer ik me vandaag op de meeting van SCAN, de Socksargen Climate Action Network. Na een korte inleiding over de impact van steenkool en een verslag van het bezoek van Filipijnse activisten aan de steenkoolputten van Oost-Kalimantan, de zgn Toxic Tour, gaat de actiegroep over tot de orde van de dag: een planningsvergadering voor 2011. Prioriteiten worden geformuleerd, objectieven afgebakend, activiteiten getimed en taken verdeeld. Men wil enerzijds de plannen voor steenkoolwinning en de –centrale dwarsbomen en, als alternatief, voorstellen lanceren voor hernieuwbare energieprojecten zoals mini-dammen en zonneënergie. Bij de voorstellen zitten ideeën voor grotere projecten die door de overheid moeten gerealiseerd worden en kleine projecten die direct inspelen op de noden van de afgelegen dorpen. Men vreest nu dat de centrales vooral de industrie, en in eerste instantie de elektriciteit verslindende steenkoolbedrijven zullen bevoorraden.

Socksargen is een regio bestaande uit 3 provincies, South-Cotabato, waar we ons nu bevinden en de groepen heel actief zijn en Sarangani en Davao Del Sur waar nog versterking nodig is. Vooral die eerste is belangrijk want Maasin ligt net over de grens. Als doelgroepen ziet men lokale besturen, consumentengroepen en alle mogelijke sociale organisaties als potentiele bondgenoten. Naar verluidt heeft zelfs de immens populaire bokser Pacquio zich uitgesproken tegen de centrale. Hij is afkomstig van GenSan en is momenteel parlementair voor Sarangani. Er wordt hier al gedroomd van een poster met Pacquio die een centrale een fatale punch verkoopt.

De bouw van de centrale begint volgend jaar, om dit alsnog af te wenden is er dringend actie nodig. Een rechtszaak aanspannen om een opschorting te bekomen kan, maar is duur. De weerstand tegen deze centrale is nog toegenomen nadat de gloednieuwe zgn. ‘propere’ centrale in Iloilo bij de testfaze giftige stoffen uitstootte. Omwille van heftig protest werd de bouw tot 4 keer uitgesteld. Benieuwd wat het hier wordt.

Kris Vanslambrouck, verantwoordelijke 11.11.11 partnerwerking Azië
General Santos, 4 december 2010

Van Cancun naar Tampakan

Terwijl in Cancun de officiële klimaatonderhandelingen alles behalve de goede richting uit gaan en mijn collega’s Sarah en Saar, hun uiterste best om dat alsnog bij te sturen, zit ik in Mindanoa, de Filipijnen. Ver weg van het klimaatcircus, maar middenin de realiteit. Ik bracht vandaag een bezoek aan Tampakan, samen met 11.11.11-partner LRC. Het werd een ontmoeting met vele emotionele verhalen, gekruid met vele aspecten van de mijnproblematiek.

Reeds in de jaren ’90 verkreeg Western Mining Company (ondertussen overgenomen door SMI) hier een gigantische concessie voor goud en koper. 15 jaar later zijn ze nog steeds in de verkenningsfaze, de ontginning is gepland vanaf 2016. Maar als het van Rose, Betty, Vero, Rick en Joseph afhangt zal die er nooit komen. Na al die jaren zijn ze het verhaal dat mijnbouw jobs, wegen en kansen, kortweg ‘ontwikkeling’ zal brengen, grondig beu. Eigenlijk zien we alleen maar conflicten en vervuilde rivieren, voelen we de impact van een gewijzigd klimaat met minder regenval op sommige plaatsen en overvloedige neerslag elders. “Bijna iedereen leeft hier van de landbouw, en we stellen vast dat sedert de komst van het mijnbedrijf, onze oogsten, en dus ook onze inkomens dalen. Wetend dat het echte werk nog moet beginnen, zijn we diep ongerust. We vrezen nog meer vervuiling, nog meer toxische stoffen, zoals arseen, nog meer mijnafval, ontbossing, het verdwijnen van de heuvels, landverschuivingen, meer mensen die hun grond en of huis zullen verliezen.”

Rose van LRC voegt eraan toe: “Enerzijds weten we dat deze wereld grondstoffen en ertsen nodig heeft om nieuwe producten te produceren, maar anderzijds weet deze wereld ook dat mijnbouw mede verantwoordelijk is voor de opwarming van de aarde. Wanneer zullen we daar lessen uit trekken? De welvaart in de industrielanden is grotendeels gebaseerd op de ontginning van fosiele brandstoffen, ertsen en mineralen, grotendeels in het Zuiden. Om de globale emissies naar beneden te halen zal men in het Noorden veel meer rekening moeten houden met het concept Climate Justice of klimaatrechtvaardigheid.”
Trouwens, de acties van LRC en hun lokale partners resulteerde in juni 2010 in tot een verbod op open mijnbouw door de provincieraad van South Cotabato. Hiermee is de zaak nog niet gewonnen, want de concessie loopt over nog 3 andere provincies, maar toch wel een klap voor het bedrijf dat nog steeds op zoek is naar mede-investeerders.

Kris Vanslambrouck, verantwoordelijke 11.11.11 partnerwerking Azië
General Santos, 3 december

Oproep voor een rechtvaardig klimaatfonds...in de schaduw van discussies over de juridische vorm van een klimaatakkoord

215 organisaties ondertekenden vandaag een oproep voor een beslissing in Cancun rond een rechtvaardig klimaatfonds, dat lange termijn financiering moet voorzien voor maatregelen in ontwikkelingslanden. De oproep zal overgemaakt worden aan de ministers die gisteren en vandaag toegekomen zijn voor de onderhandelingen van de laatste week. De organisaties stellen dat het fonds niet mag gebruikt worden als pasmunt in de onderhandelingen.

Ondertussen blijken de onderhandelingen rond de juridische vorm van het globale akkoord alle aandacht te eisen. De onderhandelingen vinden immers plaats in twee sporen: het Kyoto-spoor met een werkgroep rond een tweede verbintenisperiode en het "LCA - Long Term Cooperative Action"- spoor rond lange termijn samenwerking dat alle landen aangaat, ook de ontwikkelingslanden en VS dus. Daarin vinden onderhandelingen plaats rond emissiereductie, adaptatie, financiering en techologietransfer.

De vraag is nu of er twee akkoorden zullen komen rond de afzonderlijke sporen of eerder één akkoord dat beide sporen samenneemt. En zal het akkoord onder LCA de vorm aannemen van een nieuw protocol, of zal het eerder een verzameling worden van een aantal beslissingen rond diverse thema's? Hierover is alvast geen eengezindheid binnen de G77/China. De Kleine Eilandstaten (de AOSIS-onderhandelingsgroep) , de Minst Ontwikkelde Landen en de Afrika- groep vragen een protocol. De BASIC-landen, een onderhandelingsgroep met Brazilië, Zuid-Afrika , India en China vragen eerder de goedkeuring van een set van beslissingen over een aantal thema's.


Belangrijk voor de NGO's is alvast dat in Cancun voor beide onderhandelingssporen de niet bindende engagementen voor emissiereducties van Kopenhagen verankerd worden in een bindend akkoord. Ook moet bekeken worden hoe de ambities kunnen opgetrokken worden rond emissiereducties, want met wat nu op tafel ligt zal niet verhinderd worden dat de gevaarlijke 2°C temperatuurstijging afgeblokt wordt. Tegelijk mogen de discussies rond de juridische vorm van het akkoord en het te volgen proces de onderhandelingen rond financiering, bosbehoud, aanpassing en technologieoverdracht niet in de schaduw zetten. Een hele kluif voor onze ministers!

Saar Van Hauwermeiren (Oxfam)

Wat zal Cancùn opleveren: een levenslijn of een zombie?

Zondag is rustdag, behalve in Cancùn. De onderhandelingen staan dan wel op een lager pitje, maar zowel onderhandelingspartijen als civiele maatschappij grijpen de gelegenheid om de stand van zaken te evalueren en te beraadslagen over de komende cruciale week.


Wordt deze COP een levenslijn of een zombie?
De onderhandelingspartijen konden zaterdag en zondag hun oordeel over de huidige stand van zaken kwijt in de plenaire 'inventarisatie'-vergaderingen. Hoewel de meningen over de inhoud van de te nemen beslissingen nog ver uiteen liggen, werd rond diverse thema's wel vooruitgang geboekt bij het uitklaren van de opties op de onderhandelingstafel. Verschillende onderhandelingsgroepen reageerden ook positief op de inspanningen van het Mexicaans voorzitterschap en de voorzitters van de twee onderhandelingsporen om een transparant verloop van de onderhandelingen te garanderen en alle partijen op gelijke voet te betrekken.


Peter Wittoeck, hoofdonderhandelaar
van de Belgische delegatie,
spreekt de COP toe in naam van de EU.
Ook de niet-gouvernementele organisaties maakte de balans op. Tijdens een samenkomst van het Climate Action Network (CAN), een netwerk van 500 niet-gouvernementele organisaties, werd eveneens geconcludeerd dat het onderhandelingsproces zelf relatief open verloopt, in tegenstelling tot de 'achterkameronderhandelingen' van Kopenhagen. Als de zaken nu blokkeren, ligt dat aan de lage ambities van de onderhandelingspartijen. Alle aanwezigen werden ook om hun prognose voor de uitkomst van deze klimaattop gevraagd. Niemand heeft nog de illusie dat hier een bindend, eerlijk en ambitieus klimaatakkoord uit de bus komt. Maar zal de COP16 resulteren in een oprecht engagement van alle partijen om met een duidelijk doel voor ogen - een tweede verbintenisperiode voor het Kyotoprotocol en een mondiaal klimaatakkoord met alle grote uitstoters - de onderhandelingen verder te zetten? Gooit Cancùn een levenslijn uit voor de klimaatonderhandelingen? Of eindigt de top met een beslissing om verder te onderhandelen zonder dat er eensgezindheid is over waar we eigenlijk naartoe willen en verwordt het onderhandelingsproces tot een levenloos proces dat vooral dient om het gezicht te redden?

Het lijkt een dubbeltje op zijn kant. En dus gaat morgen iedereen weer aan de slag, in de hoop dat we tegen het einde van deze week geen groot alarm moeten slaan voor een losgeslagen zombie.


Sarah Vaes (VODO)

zondag 5 december 2010

"Cambiemos el sistema, no el clima"

"Laat ons het systeem veranderen, niet het klimaat". "De aarde is niet aan het sterven, ze wordt vermoord". "De aarde en het water zijn geen koopwaar". In vergelijking met de vaak zeer technische onderhandelingstaal op de COP16 hoorden we een heel andere taal tijdens de openingsdag van het forum dat la Via Campesina organiseert in Cancùn. De internationale boerenbeweging brengt op het forum sociale organisaties samen om te mobiliseren voor meer rechtvaardigheid op milieu- en sociaal vlak. Gisteren en vandaag kwamen uit verschillende Latijns-Amerikaanse landen karavanen toe op het forum, tientallen bussen deelnemers per land.

De volgende zes dagen zullen verschillende panels thema's onder de aandacht brengen die volgens de organisaties geen oplossing vinden in het VN-proces: de aantasting van de rechten van de inheemse bevolking, het feit dat er naar "valse" oplossingen, zoals biobrandstoffen, gegrepen wordt, het falen van de marktmechanismen binnen het klimaatbeleid, enz...

Maar de vraag is of de onderhandelaars dit protest zullen horen of ook maar zullen merken dat er een alternatief forum samenkomt. Het forum gaat door op een uur rijden van de plaats waar de officiële onderhandelingen plaatsvinden en van enige dialoog over de voorstellen is alvast niet veel te merken. Het lijken wel twee verschillende werelden.

Saar Van Hauwermeiren (Oxfam)

zaterdag 4 december 2010

Maakt Cancun de financiële beloftes van Kopenhagen concreet?

Europa heeft hier in Cancùn zoals aangekondigd een rapport gepresenteerd over de invulling van de beloftes gedaan te Kopenhagen rond de financiering van klimaatmaatregelen in ontwikkelingslanden voor de periode 2010-2012, de zogenaamde 'fast start finance'. De rijke landen beloofden in Kopenhagen om in de periode 2010-2012 30 miljard dollar te besteden aan de strijd tegen klimaatverandering in ontwikkelingslanden. Europa beloofde daarvan zo'n 7,2 miljard euro in te brengen, gespreid over drie jaar.

Uit het rapport dat in Cancùn voorgesteld werd, blijkt dat er voor 2010 nog 200 miljoen euro van de beloofde jaarlijkse 2,4 miljard euro ontbreekt. Bovendien gaat slechts een derde van de middelen naar aanpassingsmaatregelen in ontwikkelingslanden en wordt een groot deel van de middelen ingevuld via leningen, die dus terugbetaald moeten worden door de ontwikkelingslanden.

Afrika dringt er in de onderhandelingen op aan om een evenwichtige verdeling van de besteding van de middelen te maken tussen emissiereductie en aanpassingsmaatregelen. Ook wil Afrika dat in de besteding van de middelen de meest kwestbare landen prioriteit krijgen: de minst ontwikkelde landen, Afrika en de kleine eilandstaten. Verder is er ook nood aan gedetailleerde informatie over hoe die landen toegang tot de middelen zullen krijgen. Tenslotte pleiten de ontwikkelingslanden ervoor dat het om nieuwe en bijkomende middelen zou gaan.

Dat die eisen gerechtvaardigd zijn blijkt uit een ophefmakend rapport dat gisteren voorgesteld werd door DARA, een humanitaire onderzoeksinstelling, rond de kwetsbaarheid van landen voor klimaatverandering. Dat rapport stelt dat de klimaatverandering nu reeds verantwoordelijk is voor 350.000 dodelijke slachtoffers per jaar. Dat aantal kan verdubbelen tegen 2020 als er geen maatregelen getroffen worden.

Saar Van Hauwermeiren (Oxfam)

Welcome to Cancùn

De top is intussen al vijf dagen aan de gang en bij aankomst is het dan ook even bijbenen: Waar is wat te doen? En wat is er al gebeurd?

Het antwoord op de eerste vraag zet meteen de toon. De civiele maatschappij is verspreid over drie verschillende locaties: De alternatieve klimaatconferentie 'Klimaforum10' werd verbannen naar een locatie ruim een uur buiten de stad, midden in de natuur maar een logistieke uitdaging om er te geraken. Twee andere parallelle samenkomsten georganiseerd door de civiele maatschappij - Via Campesina en Dialogo Climatico - gaan door in de stad zelf. Het officiële civiele luik van de VN-top gaat door in de 'Cancunmesse', net buiten de stad. En dit alles staat los van het 'Moon Palace', waar de officiële onderhandelingen plaatsvinden. Het Mexicaanse voorzitterschap heeft duidelijk gekozen voor een 'verdeel en heers' strategie in de hoop de veiligheid en een 'goed verloop' van de top te garanderen (lees meer hierover in het artikel van Véronique Rigot, CNCD/11.11.11). Maar door de beperkte mogelijkheden tot uitwisseling tussen delegaties en de civiele maatschappij krijgt deze COP meteen ook een steriel trekje. Dat het Moon Palace, net zoals de hotels waar de meeste delegaties verblijven, gebouwd is ten koste van waardevolle mangroves doet ook even slikken.

In vergelijking met de klimaattop in Kopenhagen is de sfeer in Cancùn rustig en zakelijk. Of dit een beter onderhandelingsklimaat is, moet nog blijken. Voorlopig werden nog geen bergen verzet, al hadden onze jongerenambassadeurs wel goed nieuws. Zij volgen de onderhandelingen over artikel 6 van het VN klimaatverdrag op. Dit artikel regelt de sensibilisatie en participatie van de civiele maatschappij in het mondiale klimaatbeleid. Over een verbeterde implementatie van dit artikel, inclusief meer mogelijkheden voor participatie en bijkomende fondsen voor sensibilisatie en capaciteitsopbouw zou een akkoord bereikt zijn, zij het in 'draft'. Het is nu afwachten op het eind van de COP om te weten of dit 'klad-akkoord' ook door alle partijen van de UNFCCC onderschreven wordt.
Hopelijk houdt dit lichtpuntje stand...

dinsdag 30 november 2010

Japan geeft slechte aftrap op opening van klimaattop

Terwijl Tuvalu eerder een oproep deed om het Kyoto protocol nieuw leven in te blazen , "Give life to Kyoto Protocol or take lives of people in vulnerable island countries", ging Japan volledig de andere richting uit op de eerste dag van de klimaatconferentie. Japan stelde tijdens de openingsplenaire van de Ad Hoc Working Group bij het Kyoto Protocol ronduit dat het zich onder geen enkele voorwaarde zal verbinden tot nieuwe doelstellingen voor emissiereducties onder een tweede verbintenisperiode van het Kyoto protocol. De eerste verbintenisperiode loopt af in 2012.

"Japan will not inscribe its target under the Kyoto protocol on any conditions or under any circumstances. The Kyoto protocol will not deliver a truly global outcome. Only the LCA can do this", zo luidde het. De LCA is het parallelle onderhandelingsspoor. Een reeks industrielanden heeft voorbehoud tegen een Kyoto 2 (bijvoorbeeld Canada, Australië en Nieuw-Zeeland), maar Japan is de eerste die categoriek weigert om een tweede verbintenisperiode te ratificeren. Dat is een opdoffer voor de ontwikkelingslanden, die een Kyoto protocol 2 als een prioriteit zien in de onderhandelingen. Het is immers het enige bestaande internationale kader met wettelijk bindende reductiedoelstellingen voor de industrielanden.

Deze mededeling van Japan op de eerste dag van de onderhandelingen kan het vertrouwen tussen de ontwikkelde en ontwikkelingslanden een stevige knauw geven, nu men juist tot een "gebalanceerd" pakket van beslissingen tracht te komen in Cancun. In plaats van verder te bouwen op het bestaande bindende kader van het Kyoto Protocol voor emissiereductie van industrielanden, zet Japan een radicale stap terug.

Saar Van Hauwermeiren (Oxfam)

Op straat voor het klimaat

Gisteren werd de aftrap voor de VN-klimaattop te Cancùn (Mexico) gegeven. Tijdens deze top - in het jargon de 'zestiende Conferentie van de Partijen aan het VN-klimaatverdrag' of kortweg de 'COP16' - moeten de landen bewijzen dat ze hun nationale belangen kunnen en willen overstijgen om te komen tot een adequaat, eerlijk en bindend klimaatakkoord. De ondermaatse resultaten van de vorige top te Kopenhagen deden het tegendeel vermoeden en leidde tot een kater van jewelste bij klimaatactivisten, onderhandelaars en de publieke opinie. Te Cancùn staat er dan ook veel op het spel: het vertrouwen in het onderhandelingsproces en tussen de partijen moet hersteld worden en dat kan alleen door concrete vooruitgang te boeken in de onderhandelingen.


De onderhandelingen kabbelen voort terwijl voor
veel mensen in het Zuiden het water hen bijna letterlijk
aan de lippen staat (Foto: Sarah Vaes)

Maar niemand durft nog te hopen op een 'all-in' globaal klimaatakkoord te Cancùn. Het fiasco in Kopenhagen, de moeizame vooruitgang tijdens de tussentijdse onderhandelingsessies en de nieuwe politieke machtsverhoudingen in de Verenigde Staten na de recente verkiezingen hebben de verwachtingen laag gehouden. Dit gebrek aan ambitie is moeilijk te verkroppen wanneer men weet hoe beperkt de tijd voor actie is en hoeveel mensen in het Zuiden de gevolgen van klimaatverandering nu al aan den lijve ondervinden.


De actie 'zing voor het klimaat' op
28 november te Brussel (Foto: Oxfam)
Met een gezonde dosis verontwaardiging trokken zondagmiddag vertegenwoordigers van 80 verschillende organisaties uit de milieubeweging, de vredesbeweging, de Noord-Zuidbeweging en de vakbeweging door Brussel (n.a.v. de actie 'Zing voor het Klimaat'). Een duidelijk teken dat er een ruim maatschappelijk draagvlak is voor klimaatactie. Maar een kleine opkomst vergeleken met de duizenden die vorig jaar naar aanleiding van de top in Kopenhagen door de straten trokken. Een ander duidelijk teken, dat het geloof in de daadkracht van onze beleidsmakers taant. Het is nu aan onze ministers Paul Magnette en Joke Schauvliege, die de Belgische en Europese delegatie te Cancùn leiden, om ook de duizenden mensen die dit jaar niet kwamen betogen te tonen dat onze politici wel degelijk in staat zijn tot samenwerking voor een hoger doel. Te Cancùn willen wij namelijk een ambitieuze Belgische EU-voorzitter zien, die de Europese krachten bundelt en met overtuiging aan de klimaatkar trekt. Vanaf overmorgen zijn we ter plekke om aan te moedigen, om aan te porren en om de alarmbel te luiden als er kansen blijven liggen.
Wat moet Cancùn uit de brand slepen?
  • De belofte dat de "fast start" klimaatfinanciering voor de jaren 2011 en 2012 additioneel zal zijn (dus bovenop de 0,7% ontwikkelingshulp).
  • Een mondiaal klimaatfonds onder voogdij van de VN, dat de lange termijn klimaatsteun centraliseert en op een democratische manier (met volwaardige vertegenwoordiging en inspraak van de ontwikkelingslanden) beheert.
  • Garanties voor een transparante rapportering over de klimaatsteun, zowel op korte als op lange termijn, van industrielanden aan ontwikkelingslanden.
  • Een duidelijk engagement dat de klimaatfinanciering aanpassingsmaatregelen in gelijke mate moet ondersteunen als mitigatiemaatregelen.
  • Een duidelijk plan voor het aanboren van nieuwe, betrouwbare financieringsbronnen voor de lange termijn klimaatsteun.
  • Een akkoord voor bosbehoud dat ook de strijd tegen armoede en de rechten van de lokale bevolking ondersteunt, met strenge sociale en ecologische voorwaarden en met de nodige aandacht voor een gefaseerde uitbouw en capaciteitsopbouw in ontwikkelingslanden.


Sarah Vaes & Saar Van Hauwermeiren

Herexamen Klimaat te Cancùn


Sarah Vaes (VODO)


Saar Van Hauwermeiren (Oxfam)

De Verenigde Naties blaast opnieuw verzamelen voor het klimaat, ditmaal in de Mexicaanse badplaats Cancùn. Van 29 november tot 10 december scharen meer dan 190 landen zich aan de onderhandelingstafel om verder te puzzelen aan een internationaal klimaatakkoord. De top heeft veel weg van een herexamen nadat de mislukking te Kopenhagen (2009) het onderhandelingsproces op haar grondvesten deed daveren.



VODO, 11.11.11. en Oxfam Wereldwinkels stuurden Sarah Vaes (VODO) en Saar Van Hauwermeiren (Oxfam) naar Cancùn om de onderhandelingen van dichtbij op te volgen. Kan COP16 de klimaatonderhandelingen nieuw leven in blazen? Neemt de EU, ditmaal met België als kapitein, haar verantwoordelijkheid? Volg het hier!



Saar Van Hauwermeiren & Sarah Vaes

maandag 8 november 2010

RD Congo- VRT en Metro op de marché de la liberté


Robert Mabala leidt journalisten rond op de "markt van de vrijheid", één van de grootste markten van Kinshasa.
Alle goederen uit het binnenland, hoofdzakelijk uit de provincie Bandundu, komen hier toe. Ze liggen zij aan zij met allerlei importproducten. Ook diepgevroren kip en vis uit het buitenland worden hier verkocht.

RD Congo -Ontmoeting met de CARG


Robert Mabala, sec.gen. van de CNONGD, ontmoet de CARG van Kenge. Kenge ligt 275km oostwaarts van Kinshasa in de provincie Bandundu. Mabala brengt er verslag uit over de campagne: de eisen, de ontmoeting met de nationale minister van landbouw en hoe de basis kan opkomen voor haar rechten... Bandundu heeft troeven op landbouwgebied, met uitgestrekte gronden en haar ligging tussen Kinshasa, met 9 miljoen inwoners en de Kassai provincies, met snel groeiende steden zoals Mbuji Mayi.
De CARGs zijn landbouwraden die bestaan uit 2/3 civiele maatschappij - landbouwers, basisorganisaties, landbouwingenieurs, vrouwenorganisaties - en 1/3 publieke sector (lokale autoriteiten, landbouwscholen,...).
Benoît Van Maele, 11.11.11

woensdag 3 november 2010

Rwanda. Lancement de la campagne de plaidoyer sur l’agriculture


Après une activité de recherche sur les investissements agricoles faits par le Gouvernement rwandais en milieu rural vis-à-vis de l’OMD1, les organisations de la société civile rwandaises CCOAIB, PROFEMMES/ TWESE HAMWE et AJPRODHO rentrent, depuis le 15 octobre 2010 dans une phase de campagne de plaidoyer sur l’agriculture au Rwanda.

Eliminer l’extrême pauvreté et la faim, tel est le premier objectif du Millénaire pour le Développement qui a retenu l’attention de ces organisations pour voir dans quelle mesure le Rwanda s’attèle à combattre ce fléau qui menace un bon nombre de familles un peu partout dans le pays.
Plus de 115 organisations membres du CCOAIB, PROFEMMES/TH et AJPRODHO, les organisations locales et internationales œuvrant au Rwanda ainsi que des médias viennent d’être mobilisés pour sensibiliser la population et les autorités à chercher des solutions pratiques au problème d’insécurité alimentaire et de pouvoir d’achat faible. Des visites sont prévues pour rencontrer des autorités du pays et des partenaires au développement à savoir les ministres au Ministère de l’Agriculture et des ressources animales, au Ministère des Finances et de la planification économique, au Ministère du Commerce, les parlementaires (Chambre des Députés et Sénat), la Fédération du secteur privé et les partenaires au développement investis dans le secteur agricole (Ambassades, Coopération et Agences onusiennes).

La campagne est déjà médiatisée et des agriculteurs commencent s’en approprier, tel est le cas des hommes et des femmes de l’umudugudu de Rusororo du secteur Gatenga, district de Kicukiro (Ville de Kigali) qui manifestent leur soutien aux paysans agriculteurs qui mènent le combat contre la faim et la pauvreté au pays des milles collines.

Jean Bosco Senyabatera

maandag 1 november 2010

RDC- ontvangst bij de minister van landbouw



Het comité de pilotage werd op zaterdag 30 oktober ontvangen bij de minister.
Robert Mabala, Rigo Gene en Jean Marie Ngaleko (CDI Bwamanda) lichtten de campagne toe en overhandigden het rapport en campagnemateriaal- in aanwezigheid van Peter Verlinden van de VRT en een journalist van Metro.

zaterdag 30 oktober 2010

Rwanda: De vrouw staat centraal



Op de persconferentie getuigt een vrouw over het parcours dat ze aflegde van bedelares tot zelfstandige landbouwster.

Rwanda -Persconferentie



-

Met een persconferentie lanceren CCOAIB, Pro-Femmes en AJPRODO de campagne.
Jean Bosco van CCOAIB heeft het in zijn presentatie over de problemen en de aanbevelingen voor het landbouwbeleid.

vrijdag 29 oktober 2010

Rwanda: campagne van start

Het waren me de twee weken wel! Vorige week hebben we intensief de campagne in Burundi gevolgd, met de succesvolle actie en tentoonstelling in het Parlement, de landbouwbeurs en het afsluitend debat met de parlementairen en het ministerie. Ondertussen zijn we in Kigali, waar vandaag de Rwandese campagne van start ging met een persconferentie en een debat. Onze partnerorganisatie CCOAIB gaf een duidelijke presentatie van de problemen en aanbevelingen voor de landbouwsector, met als centrale eis een verhoging van het budget. Maar ook het tekort aan grond en het moeilijke overleven van de kleine boeren kwam uitgebreid ter sprake. Onze partner Pro Femmes drukte haar stempel duidelijk op de campagne door de aandacht te vestigen op de rol van de vrouw in de landbouwsector. Immers, 90% van de bevolking leeft van de landbouw, maar het werk op het land wordt meestal door de vrouwen gedaan! Een geslaagde start van de campagne!

Serge Beel, Griet Seurs
28 oktober

dinsdag 26 oktober 2010

RD Congo- Persbericht AFP

RDCongo-agriculture-alimentation-ONG
RDC: un financement "efficace" de l'agriculture peut combattre la faim (ONG)
KINSHASA (RDCongo), 16 oct 2010 (AFP) - Un collectif d'ONG congolaises et belge a appelé samedi le gouvernement de la RD Congo à financer de manière "efficace et massive" le secteur agricole, très peu développé dans ce pays, afin de combattre la faim, à l'occasion de la Journée mondiale de l'alimentation.
"Nous faisons l'obligation au pays et au gouvernement de financer le secteur agricole et rural de façon massive et efficace", a déclaré Rigo Gene, porte-parole de ce collectif, dont fait partie l'ONG belge 11.11.11, lors d'une conférence de presse à Kinshasa.
"Le gouvernement de la RDC n'a jamais atteint ni dépassé 3% au budget alloué au secteur agricole et celui de l'année qui court n'a attribué que 0,69%", a-t-il regretté, rappelant que ce pays a souscrit à l'engagement de Maputo qui oblige les Etats à affecter au moins 10% de leur budget à l'agriculture et au développement rural.
Selon ce collectif, 71% des 60 millions d'habitants en RDC vivent en dessous du seuil de la pauvreté. L'incidence de la pauvreté est la plus élevée en milieu rural avec 75,7% contre 61,5% en milieu urbain.
"La faim atteint un niveau alarmant à partir d'un score de 20 et extrêmement préoccupant à partir de 30. La RDC se situe au-dessus de 40 sur cette échelle", a commenté M. Gene, citant l'indice de la faim dans le monde en 2010 réalisé par l'Institut international de recherche sur les politiques alimentaires.
Vaste pays d'Afrique centrale (cinq fois grand comme la France) très riche en ressources naturelles, "la RDC dispose de tous les atouts pour réaliser la pleine croissance de son secteur agricole", a-t-il estimé.
edm/dy/sba

maandag 25 oktober 2010





Professor Mangala interpelleert parlementairen met campagnemateriaal in de hand.
Soms leidt dit tot discussies, andere parlementsleden zijn geinteresseerd en leggen contact met de basis. Benoît Van Maele, 11.11.11

RDCongo- Action du CNONGD au Palais du Peuple le jour de vote du budget 2011


Ce vendredi était un jour marqué d’une pierre blanche, tout les élus du peuple étaient présent pour voter le budget de l’année 2011. Il y avait une tension palpable mais pour nous qui estimons que c’est un scandal que le budget n’alloue que 1% à l’agriculture, il fallait qu’on soit là pour interpeller directement les parlementaires.

Dès 11h on est allé débusquer les parlementaires dans les divers salles, dans la cantine du Palais du Peuple… On était à cinq ce qui nous permettais de prendre poste aussi aux divers entrées du bâtiment gigantesque.

Armé d’une banderole, de nos affiches et autocollants nous interpellions ces élus souvent pressé mais pas inattentifs. On leur soulignait leur devoir d’œuvrer pour la majorité des 70% de congolais qui dépendent directement de l’agriculture pour leur revenu et des 75 à 80% de congolais qui sont mal nourri, un record mondial.


Nous n’avons pas ciblé les élus à l’aveuglette, nous avons ainsi eu un entretien avec le président de la commission ECO-FIN, qui va émettre un avis sur le budget.

On a aussi essayé de déposer les affiches dans la grande salle, banc par banc, mais nous fumes vites arrêtés. On nous a dit qu’il fallait passer par un service spécial et qu’en leur payant (« en leur donnant quelque chose ») on pourrait le faire…

On est resté jusque tard le soir (20h) au palais du peuple pour suivre le débat et interpeller les élus. Premier ministre Muzito a remporté son vote, il détient de toute façon la majorité loyale (AMP), mais notre action a eu un sens, des élus vont continuer le dialogue et sont conscient que l’agriculture et les agriculteurs ne sont plus une masse silencieuse qui subit et est exploitée.

Professeur Mangala

RDCongo- Actie in het parlement


Gewapend met affiches en stickers interpelleren leden van de CNONGD parlementairen in de gangen van het majestueuze palais du peuple. Ze dragen de campagne t-shirts,maar in het volkshuis heerst een duidelijke etikette : on ne rentre pas sans "veste". Benoît Van Maele 11.11.11

Persoverzicht RDCongo -week van 18 oktober

Etat d’avancement de la couverture des activités de la campagne OMD par la presse locale RD Congolaise

1.Le Potentiel
Développement de l’agriculture : la Société civile en campagne de sensibilisationN°5055, du Lundi 18 octobre 2010, à la page 7
2.La Référence Plus
Journée mondiale de l’alimentation
ONGs et partenaires en campagne de sensibilisation pour la promotion des OMD en RDC
N°4961, du Lundi 18 octobre 2010, à la page 6
3.Le Phare
Relance du secteur agricole
La Société Civile interpelle le Gouvernement N°3936, du Lundi 18 octobre 2010, à la page 12
4.Africa News
Journée Mondiale de l’alimentation
Le Comité national de pilotage des OMD dresse un bilan négatif sur le secteur en RD-Congo Série II, N°514, du Lundi 18 au Mardi 19 octobre 2010, à la page 6
5.L’Observateur
Lutte contre la pauvreté et la faim en RDC
Le Comité de pilotage OMD pour la consolidation de l’agriculture N°3480, du Mardi 19 octobre 2010, à la page 8
6.FORUM DES AS
Les organisations de la Société Civile hausse le ton
Le Gouvernement invité à financer l’agriculture pour lutter contre la pauvreté et la faim N°3718, du Mardi 19 octobre 2010, à la page 11
7.L’Avenir
Lutte contre la faim et la pauvreté
L’OMD/RDC fait le lobbying en faveur du secteur agricole N°3992, du Mardi 19 octobre 2010, à la page 8
8.LA TEMPETE DES TROPIQUES
A travers un plaidoyer commencé le 16 octobre
Budget 2011 : le Cnongd réclame 10% pour le secteur agricole
M. Rigo Gene, Président du comité de pilotage des Omd, a rappelé aux dirigeants l’obligation de respecter les accords relatifs à la lutte contre la pauvreté N°4013, Mercredi 20 octobre 2010, à la page 11

Toutes les grandes chaines de télévision et les radios de Kinshasa ont largement parlées de la campagne. Un documentaire a été produit.

woensdag 20 oktober 2010

BURUNDI - La foire des producteurs agricoles du 19 au 20 Octobre 2010

Dans le cadre du Projet Intégré Commun PIC initié par les Organisations de la Société Civile en partenariat avec la Coalition 11.11.11, une campagne de plaidoyer pour le financement de l’agriculture est organisée à Bujumbura du 18 au 23 0ctobre 2010.

Dans ce cadre, après une rencontre avec le Parlement du Burundi au Palais des Congrès de Kigobe suivie d’une exposition photos au siège Parlement du Burundi ,une foire des producteurs agricoles partie prenantes dans la Campagne est organisée à Bujumbura au Jardin Public sis Rohero I .Elle a été ouverte le 19 /10/2010 à15H par le Représentant des producteurs en présence des Organisations d’appui aux organisations organisatrices de la campagne. Les cérémonies ont été rehaussées par la présence de l’Ambassadeur du Royaume de Belgique au Burundi et une délégation de la Coalition 11.11.11.venue de la Belgique pour cette circonstance. L ‘ambassadeur du Royaume de Belgique au Burundi qui a manifesté un grand soutien à l’événement pour l’intérêt du secteur agricole a remercié les producteurs et les organisateurs de la Campagne. Il a rappelé que, pour l’intérêt que porte son pays au secteur agricole,les Appuis qui sont réservés au secteur agricole du Burundi.

Des produits venus de toutes les régions naturelles du pays étaient au rendez vous. Et c’était l’occasion pour les producteurs de faire connaître les délicieux produits agricoles ou de fabrication agricole du Burundi :légumes et fruits divers ,haricot, banane, pomme de terre, manioc, aubergines ,café ,miel, huile de palme ,huile de tournesol ,du vin d’ananas, etc produits et /ou fabriqués par les petites entreprises artisanales et par la main d’œuvre de nos agriculteurs. C’était également l’opportunité pour le public d’acheter et de déguster les produits des régions naturelles du Burundi

Il y a espoir que cette action, en complément à la rencontre avec le Parlement va renforcer la sensibilité observée chez cette Haute Institution à cette occasion et contribuer à rappeler l’engagement pris ce matin pour augmenter le financement de ce secteur , au vue de la réalité sur terrain au sujet de l’importance de ce secteur pour l’économie burundaise et pour la survie des producteurs.

Solange HABONIMANA
Membre CDP PIC Burundi

RDC-Message à travers chants et danses pour la promotion de l’OMD1

RDC:Les maraîchers sont contents du message adressé à l’autorité

RDC- Les membres de la Société Civile signent la pétition

Burundi - Boeren tot in het parlement (2)



Voor de opening van de tentoonstelling konden de boeren zelf aan de parlementairen uitleggen wat hun bekommernissen waren. Een speciaal moment, vooral als je hoort dat er nog nooit een dergelijke actie is geweest in het parlement en dat noch de landbouwers noch de organisaties het voordien mogelijk achtten om in het parlement zelf een actie te doen.
Griet Seurs, 11.11.11 Burundi

Burundi: Boeren tot in het parlement!



De campagne in Burundi opende met een fototentoonstelling/ manifestatie in het parlement, in aanwezigheid van de boerenbeweging. Hier poseert een van de boerinnen trots voor de affiche met een foto van Dieter Telemans van haarzelf.

Dat de société civile zo rechtstreeks toegang heeft tot het parlement is een primeur in de geschiedenis van het land! Ook de vice-voorzitter van het parlement was aanwezig.

Burundi- Toespraak van de Belgische Ambassadeur


Naar aanleiding van de openingsactiviteit van de campagne in Burundi hield de ambassadeur van België, Dhr Jozef Smets, een toespraak waarin hij het belang van de campagne onderstreepte.

Une victoire des agriculteurs avant la fin de la campagne!





Depuis 2008, douze organisations de la société civile burundaise qui encadrent un millier d’associations et groupements agricoles mènent un plaidoyer dont la première phase va se clôturer par la campagne en cours du 18 au 23 octobre au Burundi. Ce plaidoyer s’est axé sur 7 recommandations adressées au gouvernement burundais et se résumant dans l’augmentation du budget alloué à l’agriculture à au moins 10% et la promotion de la sécurité alimentaire, d’une agriculture familiale et de la souveraineté alimentaire.

Ce matin, les agriculteurs burundais ont organisé une exposition photo au Parlement durant laquelle ils ont exprimé ces recommandations. Il faut déjà voir dans cette action la détermination de ces organisations car c’est la première fois que la société civile prend l’initiative de rencontrer les députés au Parlement pour leur signifier leurs préoccupations. En plus, les parlementaires ont pris en compte les préoccupations des agriculteurs, ils ont promis de faire en sorte que le budget actuel d’environ 4% soit doublé ou triplé et ont enfin promis de soutenir ce combat des agriculteurs.

Il convient de rappeler que cette sensibilité si positive et quasi instantanée des parlementaires à la problématique de l’agriculteur burundais est un aboutissement qui résulte d’un long processus déclenché au début de ce plaidoyer commun en 2008, accru pendant la période pré-électorale et électorale et réaffirmé après les élections, grâce notamment au plaidoyer de ces organisations d’agriculteurs.

Ces engagements des parlementaires viennent au bon moment car le budget de l’année 2010 va être voté au cours du moins de novembre et là on saura réellement si les promesses des gouvernants burundais se seront traduites en actes.
Aymar Nyenyezi B.
le 19 octobre

dinsdag 19 oktober 2010

Lancement de la Campagne OMD1 en RDC (16/10/10)




Comme vous le voyez sur cette Photo, lors de la conférence de presse sur le lancement de la Campagne OM1 susdite au centre LILOBA de Kinshasa , la cérémonie a commencé par la présentation d’une saynète du groupe des « Intrigants » avec comme thème « Pourquoi tant des morts au village ».

Au demeurant, le groupe démontre comment il y a une grande mortalité infantile et des vielles personnes. Au début les villageois attribuaient cette mort à la sorcellerie mais plus tard, ils se sont rendus compte que ces personnes vulnérables (enfants et vieillards) ne mangeaient plus assez depuis que leurs terres sont abandonnées. L’Etat ne faisant rien pour la promotion de l’agriculture, la famine gagne le terrain et agace la population entière.

Les centres de recherche qui travaillent pour les semences améliorées sont abandonnés à leur triste sort sans aucune subvention de l’Etat pour leur fonctionnement, les bailleurs de fonds qui encouragent les agriculteurs n’octroient plus de crédits. Il est grand temps de pousser l’autorité dans notre pays pour réserver une part importante à l’agriculture dans le budget aux niveaux provincial et national car si ceci est fait, alors tout le monde, Hommes, Femmes et enfants, jeunes et vieux trouveront à manger.

Tout le monde en RDC est convaincu comme on peut le lire sur le calicot, que l’agriculture peut faire le bonheur de toute la population, riches et pauvres en dehors de l’exploitation des forêts et des mines. SI l’agriculture valorisée, chacun à son niveau y trouvera son compte et dans le cas contraire, il n’y aura jamais réduction de la pauvreté ni une lute effective contre la Faim.

Aleki, BC
Coordinateur Adjoint 11.11.11/RDC et membre du CdP

Burundi: spots op televisie

Télévision Renaissance maakte voor Burundi twee korte filmpjes die op televisie werden uitgezonden.
Bekijk ze hier.

Gezamenlijke affiches






We maakten samen affiches die in RDCongo,Rwanda en Burundi ook in een aantal nationale talen worden gedrukt en verpreid. Enkele voorbeelden.