maandag 15 september 2008

Burundi: epiloog

14 september - Er is enige zenuwachtigheid in het huis van Barbara, onze coördinatrice in Bujumbura. Vandaag is het haar allerlaatste dag en het is duidelijk dat ze moeilijkheden heeft om van iedereen afscheid te nemen. We besluiten haar alleen te laten en even verder te werken op het bureau van 11.11.11. Rond 13u trekken we met haar naar het strand aan het Tanganyikameer, waar heel wat nauwe vrienden van haar verzameld hebben. Met een prachtig uitzicht op de ondergaande zon nemen we afscheid van dit mooie land.

Op de luchthaven vraag ik Barabara naar de achtergrond van Jimmy. Het is een jongen van 18 jaar die ik regelmatig bij haar thuis zag, maar die erg verlegen was. Ook op het strand was hij er bij. Vlak voor we vertrokken, vroeg ik hem of hij Barbara ging missen. Hij was eventjes stil en toen zei hij met een ietwat gebroken stem met neergeslagen ogen: “C’est la vie”. Vervolgens lachtte hij zijn hagelwitte tanden een seconde bloot en wendde zich snel af. Barbara vertelde me zijn onthutsende levensverhaal.

Bleek dat hij een Rwandese jongen is die op 5-jarige leeftijd samen met zijn moeder is moeten vluchten voor het extreme geweld daar tijdens de genocide. Tijdens die vlucht is hij zijn moeder kwijtgeraakt in het oosten van Congo. Ik kan het me niet voorstellen. Mijn eigen dochter is 5 jaar en ik durf haar niet eens alleen op straat te laten lopen in Antwerpen. Jimmy had het geluk dat hij vrij snel een Congolese “mama” in Bukavu tegen het lijf liep die hem in huis nam bij haar familie. Toen Jimmy 14 jaar werd, is die echter gestorven en hebben de andere kinderen van de mama hem verstoten. Van zijn dooltocht jaren terug had hij nog ergens een adres in Burundi en hij besloot daar naartoe reizen.

Na enkele omwegen kwam hij er terecht in een weeshuis, net achter de hoek van het huis van Barbara. Toen dat gebombardeerd werd, ongeveer 2,5 jaar geleden kwamen de weeskinderen water halen bij Barbara thuis. Ook zonder bombardementen was er een watertekort. Daardoor kwamen de kinderen – en in het bijzonder één jongen - nadien af en toe terug. En erg langzaam vertelde Jimmy zijn levensverhaal. Sindsdien helpt Barbara hem met het terugzoeken van zijn familie. Zijn moeder blijkt verkracht en vermoord in het oosten van Congo. Zijn vader is ook gesneuveld, net als zijn broer. Enkel twee verre neven heeft het lokale Rode Kruis tot nu toe kunnen terugvinden. Sindsdien heeft Barbara hem een beetje onder haar hoede genomen. In de weekends of de vakanties komt hij bij haar op bezoek en ze betaalt nu ook zijn schoolgeld. Daarom had Barbara het dus zo moeilijk om afscheid te nemen op de luchthaven. Deze jongen heeft eigenlijk niemand, maar gelukkig studeert hij redelijk goed en zit hij nu op een goede gemeenschapsschool. Omdat hij 18 jaar is, past hij ook in geen enkel programma voor reïntegratie of studies. Eva – de vervangster van Barbara - zal zich verder over hem ontfermen. Het schoolgeld zal alleszins verder betaald worden en hij blijft welkom in hetzelfde huis. Hij zal via internet ook contact kunnen blijven hebben met Barbara. Ik besluit om me er niet mee te moeien al kriebelen mijn handen om ook iets te doen. Nadat ze het verhaal verteld had – grote happen ontbreken, omdat Jimmy er zelf niet graag over vertelt – vraag ik Barbara of ik het mag gebruiken voor deze blog. Ze had er namelijk helemaal niets van gezegd tijdens mijn verblijf. Ik ben blij dat het mag. Jimmy heeft in zijn hele leven dezelfde reis gedaan als ik in deze tien dagen. Van Rwanda naar Bukavu in het oosten van Congo om dan te eindigen in Bujumbura. Voor mij vat hij de dramatiek én de hoop van deze regio samen. “C’est la vie”, denk ik en ik slik de krop in mijn keel door.

Ik hoop met gans mijn hart dat het de volgende jaren beter gaat met de landen die ik bezocht en uiteraard ook met Jimmy. Ik heb heel wat hoopvolle tekenen gezien bij onze partners en zeker ook bij de mensen die in de moeilijkste omstandigheden zoeken naar praktische oplossingen en in staat zijn om erg vergevingsgezind te zijn. Maar ik zag ook nog heel wat werk. Vanuit 11.11.11 moeten we hier samen met onze leden – ondanks de moeilijkheden – fors in blijven investeren.

Bogdan Vanden Berghe